“Oranje Wit zit in mijn DNA”
Zijn wieg stond in de Vogelbuurt en zijn broers Willem en Elbert voetbalden hier al, dus was de keuze voor sv Oranje Wit een makkelijke. Als zesjarige begon hij bij de f’jes, waarna hij via verschillende teams uiteindelijk bij zijn vriendenteam (OW7) kwam. Maar voor Robin Dekker (53) is de club veel meer dan voetbal alleen. “Oranje Wit is voor mij echt thuiskomen; zo’n mooie club, die zit in mijn DNA. Ik vind het dan ook logisch om daar wat voor te doen.”
Robin is al 47 jaar lid van Oranje Wit en is daar bijna dagelijks te vinden. Los van het plezier en de gezelligheid van het verenigingsleven, vindt hij dat er ook verantwoordelijkheden bij horen. Hij heeft dan ook veel rollen bekleed; van wedstrijden fluiten en bardiensten draaien tot coördinator overige senioren. Sinds een half jaar neemt hij zitting in het bestuur, waar hij de portefeuille voetbal onder zich heeft. “Ik vind het een voorrecht om deel uit te maken van zo’n mooie club”, vertelt Robin. “Er gaat zeker een hoop tijd in zitten, maar het is voor mij echt een uitlaatklep en ik krijg er superveel energie van.”
“Ik vind het een voorrecht om deel uit te maken van zo’n mooie club”
Keepen of voetballen?
“Ik ben begonnen als voetballer, maar in de e’tjes werd er bij mij astmatische bronchitis geconstateerd. Hierdoor werd het voetballen lastiger en ben ik in de goal gaan staan. Vanaf de D1 ben ik daar serieus mee aan de slag gegaan, met Remko Baars als keeperstrainer. Ik had meer talent voor keepen dan voor voetbal. Ik zat in de Dordtse Selectie en heb zelfs nog een proefwedstrijd gespeeld bij Feyenoord”, legt Robin uit. Later keepte hij nog in A1 in de talentvolle lichting met jongens als Theo van Wijland, Danny Kalden en de gebroeders Van Vugt. “Dat was inderdaad een goed team. Ik heb in de senioren nog even in het tweede gezeten, maar al snel daarna hebben we OW7 opgezet.”
Oranje Wit 7
Het team bestaat dit jaar 25 jaar, voor Robin een “mooi” moment om te stoppen. “Ik stop met pijn in mijn hart. We hebben zo’n mooie tijd gehad met elkaar en zoveel meegemaakt. Hier zijn vriendschappen voor het leven gesloten en dat is me heel veel waard”, zegt hij. “Niet te doen!”, antwoordt hij op de vraag om het mooiste moment te kiezen. Na wat bedenktijd vervolgt hij: “Dat we als team meededen met de Roparun. Gaaf om dat met elkaar mee te maken. En om geld op te halen voor het goede doel hebben we toen het kerstgala, dat sindsdien weer een traditie is, nieuw leven ingeblazen.”
“Hier zijn vriendschappen voor het leven gesloten en dat is me heel veel waard”
Uitdaging
Voor Robin is het dus een vanzelfsprekendheid om betrokken te zijn bij de club. Maar hij maakt zich wel zorgen over de toekomst. “Je hebt ouders en kinderen en zelfs hele teams die niet of nauwelijks betrokken zijn bij de club. Om die mensen te bereiken wordt de grootste uitdaging de komende jaren”, spreekt hij zich uit. Hij vervolgt: “Mensen rechtstreeks benaderen en vragen lijkt mij de beste oplossing. En daarna goed opleiden en faciliteren om hun functie zo goed mogelijk te kunnen uitvoeren.”